Transactionele Analyse (TA)

De grondlegger is Eric Berne (1910-1970). TA onderzoekt de communicatie tussen mensen en de daaronder liggende dynamische drijfveren en patronen.

In de TA wordt onderscheid gemaakt tussen drie egotoestanden:

  • Ouder-egotoestand: gekleurd door boodschappen van belangrijke ouderfiguren die onderverdeeld kan worden in Structurele Ouder (SO) en de Voedende Ouder (VO)
  • Volwassene-egotoestand: gebaseerd op het hier en nu, niet gehinderd door ervaringen uit het verleden.
  • Kind-egotoestand: gekleurd door kinderlijke ervaringen die onderverdeeld kan worden in het Aangepaste Kind (AK) en het Vrije Kind (VK)

Vanuit de Ouder- en Kind-egotoestand wordt zowel in positieve als negatieve zin vaak onbewust en automatisch gereageerd, geleid door ervaringen vanuit het verleden.

Transactionele Analyse onderscheidt verschillende soorten transactiepatronen:

  • complementaire transactie (transactie waar mensen elkaar aanvullen in hetzelfde patroon, kan eindeloos doorgaan)
  • kruiselingse transactie (transactie waarbij mensen anders reageren dan van ze verwacht wordt => breuk in de communicatie, de een of de ander zal zijn/haar huidige egotoestand moeten verlaten om de communicatie te herstellen)
  • transactie met bijbedoelingen (verschil in letterlijke boodschap (sociale niveau) en de manier waarop het gezegd wordt (psychologische niveau). Psychologische niveau is bepalend voor het gedrag)

Wil je meer weten? Bel of neem contact op.